Als de tweede grootste vulkaan van Indonesië is Rinjani een toeristische trekpleister. De berg heeft een ontzettende aantrekkingskracht op avonturiers en buitenmensen. Zo ook op ons. Als je dan op zoek gaat naar informatie over het op eigen houtje lopen van Mount Rinjani dan kom je online niet veel informatie tegen. Het overgrote deel van de websites adviseert een gids en dat is nu net niet hoe wij graag trekkings lopen. Daarom in deze blog een praktisch verslag van hoe je deze hike zelfstandig kunt lopen zonder gids. Wij liepen de tocht van 24 t/m 26 juli 2017.
Vervoer van en naar Senaru (of Sembalun)?
Het is makkelijk om vervoer te regelen naar Senaru. Er zijn veel personen die je maar al te graag naar Senaru of Sembalum willen rijden. Vraag gewoon rond in je guesthouse of hotel en iedereen kent wel een mannetje. Je betaald dan wel meer. Ook kun je een bemo nemen. Dit hebben wij gedaan. Bemo’s vertrokken in Materam achter het Mandalika busstation. Zorg ervoor dat je van te voren een prijs afspreekt. Er staan helaas wel veel irritante verkopers die elkaar allemaal ophitsen. Daarom hadden wij een slechtere deal (200.000 roepia). Beter is om net buiten het station te wachten tot de Bemo langs rijdt. Dan heb je meer rust en een grotere kans om een betere prijs af te spreken. Je herkent de juiste Bemo aan de donkerrode kleur en op de ruit staat ‘Bayan’ geschreven. Bayan is het grotere plaatsje net voor Senaru. Een derde optie is Uber. Uber chauffeurs rijden je maar al te graag naar Senaru.
Toegang en ticketing?
Per 1 juli 2017 zijn de prijzen aangepast voor toegang tot het Genung Rinjani National Park. De kosten bedragen 310.000 roepia (Euro 19,-, juli 2017) per persoon. Het maakt niet uit hoeveel dagen je dan in het park verblijft. Deze betaal je bij de start van de track net onder de gele toegangspoort (bij een start vanuit Senaru). Ik heb niet kunnen ontdekken waar je de toegang betaald als je de route vanuit Sembalum begint. Maar je kunt ervan uitgaan dat je moet betalen.
Tevens registreer je jezelf in een groot boek. Terwijl je dit doet onderga je een preek van de rangers dat je goed moet oppassen, dat het toch slimmer is om een gids mee te nemen en of je wel kaarten mee hebt. Ook vragen ze of je naar de summit gaat klimmen. Wij zeiden voor het gemak nee want we waren alle vragen zat en wilden niet nog langer wachten. Het is overigens volkomen legaal om de trek zelfstandig te lopen. Op de officiële Mount Rinjani National Park website (Alleen in het Indonesisch) hebben we gelezen dat een gids wordt geadviseerd. Thank god for Google Translate. Het park is gesloten van januari tot en met maart in verband met het regenseizoen.
Where to stay?
Guesthouses, hotels en homestays zijn er voldoende in Semalum en Senaru. We adviseren om via booking.com of agoda.com te kijken welke je bevalt. Wij verbleven in Pondok Guru Bakti Cottage. Vriendelijke staf, prima cottages en op heldere dagen een prachtig uitzicht over de vulkaan. Heel vredig en een prima plek om bij te komen van, of je voor te bereiden op de trekking.
Waar vind je water?
Op de tocht zijn twee permanente bronnen van water. Het kratermeer en een bron nabij Rinjani Basecamp. Wij vertrokken vanuit Senaru met 3 liter water per persoon en dat bleek toch wat aan de krappe kant te zijn. Ik zou hier toch 4,5 a 5 liter van maken per persoon. Bij het kratermeer brachten we een uur door om het water te koken maar heel fris zag het er niet uit. Er zijn diverse kampeerplekken rond het meer. Hier ligt dus heel veel afval en ik weet zeker dat mensen niet hun behoeftes doen 50 meter vanaf de waterbron.
Omdat we wisten dat we bij Rinjani Basecamp een bron zat dronken we niet al te veel water vanuit het meer. Overigens is het wel goed gegaan. Beiden hebben nergens last van gehad. Het water uit de bron nabij Basecamp is wel van goede kwaliteit. Wij hebben het gedronken zonder te koken en het smaakte heerlijk. Ook alle porters vullen hier hun flessen en deze worden elke ochtend weer aan hun gasten meegegeven. Vraag de porters naar waar die precies zit of volg gewoon iemand met veel lege flessen. Ze gaan allemaal naar dezelfde bron.
Andere gasflesjes!
Toen wij in Senaru aankwamen verwachtte we dat we gewoon overal gas konden kopen voor onze brander. Hiervoor hebben we C250 gasblikken met schroefaansluiting nodig. Nou deze zijn dus nergens te koop hier. Alleen de zogenaamde CP250 gasblikken (geschikt voor bistrotoestellen) zijn hier te koop en die zijn niet geschikt voor onze brander. Dus wij moesten op zoek naar een nieuwe brander. Nergens konden we er eentje huren i.v.m. hoogseizoen. We kochten er uiteindelijk eentje over van twee Françaises die de tocht net zelfstandig hadden afgerond. Daar hadden we echt gelukt mee.
Dag 1: Senaru naar Rim campsite
Na een stevig ontbijt van bananen-pannenkoeken, bij onze guesthouse liepen we om 7 uur ‘s ochtends richting de start van de trek. Overal zagen we dat de eerste mensen werden opgehaald voor hun georganiseerd 3 daagse trekking. Geen busje voor ons. Wij moesten eerst nog 2,5 kilometer lopen naar de start van de trek. Erna liepen we eerst 1,8 kilometer over een smal betonnen pad. Hier lieten wij de bebouwing achter ons en zagen we de eerste wildlife zoals de Zwarte Javaanse Langoer en natuurlijk weer de Java-apen. Deze zagen we bijna overal op de berg. Vooral als er een rustplek voor mensen was ingericht. Na 1,8 kilometer kwamen we aan bij de gele gate waar we ons moesten registreren en de toegangsprijs moesten betalen.
Vanuit Senaru gaat 75% van de eerste dag door het oerwoud. Daarbij passeer je vele verschillende posten genaamd POS 1 tot en met 3. Bij POS 3 komt je uit het bos en vanaf hier loop je over eeuwenoude lavastromen de vulkaan omhoog. Dit stuk was voor ons het pittigste stuk van de dag. Sommige stukken waren 45 graden of meer. Maar het uitzicht toen we eenmaal op de rand stonden en de krater inkeken maakte de hele klim waard. Hier zagen we ook voor het eerst de kleine Barujari vulkaan in de krater. Deze is actief en is in 2016 voor het laatste uitgebarsten. We waren de eerste en konden onze tent neerzetten waar we wilden. Dat werd het hoogste puntje op de rim. We sloten de dag af met een prachtige zonsondergang achter Mount Agung op Bali.
De feitjes van dag 1: In totaal liepen we 10,68 kilometer (dit is zonder de eerste 2,5 kilometer vanuit ons guesthouse) met als laagste punt 562 meter en het hoogste punt lag op 2620 meter. De totale hoogtemeters waren 2082 meter. Totale looptijd was 5 uur en 52 minuten.
Dag 2: Rim campsite naar Rinjani Basecamp
De camping was de vorige dag snel volgeraakt. Er stonden zelfs tenten van de rand af op de helling. Om half 7 kwam de zon op maar de zonsopgang is vanaf de rim camping niet spectaculair. Een paar pieken van de kraterrand staan ervoor. Mount Rinjani stond helemaal helder, als een baken van licht, op ons te wachten. Snel braken we onze tent af en om half 8 startte we met de trek.
Het eerste stuk ging stijl de krater in. Dit stuk is echt klauteren geblazen en het tempo lag niet hoog. Maar de uitzichten die je onderweg ziet zijn stuk voor stuk energiebommetjes. Langzaam werd het meer groter en groter. Op de helling groeien voornamelijk pijnboombossen. Aan het einde van de 3 kilometerslange afdaling bereikten we het meer en dat vierden we met een snelle plons in het water. Het water is heel helder en je ziet de visjes zwemmen. Veel locals hebben een vishengel mee en we zagen de eerste visjes al op een vuurtje liggen voor een vroege lunch. Aan het meer ligt ook een camping maar deze was de smerigste die we zagen op de trip. Ook doet iedereen maar zijn behoeften waar die wil dus heel fris was het allemaal niet. Hier kun je ook naar de hotsprings. Deze liggen aan de rivier die vanuit het meer het dal in gaat. Wij hebben deze overgeslagen, maar we hoorden er goede verhalen over. Vooral als je die ochtend de top van Rinjani hebt bereikt.
Vanaf de camping gaat het pad weer omhoog. Ook deze keer zagen we weer veel mensen die ons tegemoet kwamen lopen. Meer en meer krijgen we respect voor de porters. Hoe zij met hun slippers die rotsen overkomen is mij een raadsel. En dat met 20 tot 30 kilo op hun schouders. Heel knap. Het pad, de krater omhoog, was de eerste 2 kilometer goed te doen. De route gaat mooi over de glooiende heuvels. Dit gold niet voor de laatste 2 kilometer. Hier kwam het weer aan op stevig klimmen met zeer steile stukken waar we maar langzaam omhoog kwamen. Halverwege de middag kwamen we weer op de kraterrand en we liepen nog een heel stuk over de rand omhoog. Bij ons was de rand in de wolken gehuld. We zagen maar weinig dus het was een beetje gokken waar we wilden staan. Uiteindelijk vonden we een plekje dat goed voelde en hier kwamen we bij van wederom een goede en pittige dag. Ondanks dat het maar 7,4 kilometer lang was voelden we ons kapot.
Aan het eind van de dag losten de wolken weer op en zagen we een prachtige landschap. Vooral het uitzicht over de oostelijke hellingen van Rinjani zijn adembenemend. We stonden nu heel dicht bij de top van Rinjani. Morgen moeten we eraan geloven!
De feitjes van dag 2: In totaal liepen we 7,4 kilometer met als laagste punt 1980 meter en het hoogste punt lag op 2683 meter. De totale hoogtemeters waren 727 meter. Totale looptijd was 5 uur en 18 minuten.
Dag 3: Rinjani basecamp naar Rinjani summit naar Sembalum
De wekker ging om 1 uur in de ochtend. Nou eigenlijk was het nog nacht. We aten een klein ontbijtje en om 1:45 vertrokken we voor de laatste beklimming van Mount Rinjani. Van te voren waren we gewaarschuwd over de zwaarte van de klim en het begin was meteen pittig. Het pad was gevuld met mul zand en vulkanische kiezels. Een stap omhoog, een halve naar beneden. In 1 kilometer stegen we 300+ hoogtemeters. We keken naar beneden en achter ons volgde een lang spoor van lichtjes de berg op. Toen we naar boven keken zagen we niets. We waren de eerste die de heuvelrug hadden bereikt waarover je het grootste deel van de tocht omhoog loopt.
De heuvelrug was prima te lopen en deze klom langzaam omhoog, het pikkedonker in. We zagen geen sterren boven ons en dat was een slecht voorteken. De eerste wolken begonnen al om ons heen te vormen en er stond een zeer stevige wind. Het was nog prima te doen totdat we om een grote rotsblok draaide en we vol de wind van voor kregen. Deze was zo sterk dat we besloten om niet verder te gaan. Voor ons lagen nog 300 hoogtemeters via een stuk dat vergelijkbaar is met de start van deze beklimming. Zwaar dus. De top op 3726 meter bleef voor ons onbedwongen. We zochten een beschut plekje achter de grote rots en we wachtte tot de zon op zou komen.
Het wachten was pittig. Het was slechts 5 graden, windkracht 8 (of meer of minder?) en dikke wolken. Meer mensen bereikten de plek waar wij zaten. Veel klommen verder, maar de meeste kwamen ook snel weer terug toen ze eenmaal de kracht van de wind hadden gevoeld. Toen we een groep met gids zagen terugkeren werd onze keuze nogmaals bevestigd. Dit is niet veilig en we hadden een goede keuze gemaakt. Met een grote groep wachtte we in het donker op het eerste zonlicht. Door de wolken zagen we maar weinig veranderen. We kregen het koud en besloten om weer terug naar beneden af te dalen. Tot het punt waar we onder de wolken zouden komen. En op deze plek zagen we het eerste licht een een mooie zonsopkomst. De top van Rinjani bleef uit het zicht en dat bleef de rest van de dag zo. We hebben hem niet meer gezien.
Terug bij de tent aten we ons tweede ontbijt en braken we de tent af. Wij begonnen aan onze afdaling van Mount Rinjani. Net als de andere dagen begon de tocht zeer steil. Het was weer glibberen en glijden de berg af. Dit stuk was bijna 4 kilometer lang. Gelukkig vlakte de steilheid af en we bereikten de kale oostelijke hellingen van de vulkaan. Hier groeit alleen maar hoog gras en de zon en wind hadden vrij spel. Dit maakt dit stuk zeer verraderlijk en een zonnebrand ligt altijd op de loer. Gelukkig hadden we nu voldoende water de berg af. De trek zat erop toen we de weg bereikten in Sembalun. Hier konden we ons afval afleveren en na een verfrissende cola namen we een taxi (vaste prijs 250.000 roepia) terug naar Senaru.
De feitjes van dag 3: De beklimming van de top was 6 kilometer retour. Vanaf basecamp legden we 10,5 kilometer af met als laagste punt 965 meter en het hoogste punt lag op 3421 meter. De totale hoogtemeters waren 2495 meter. Totale looptijd was meer dan 8 uren.
Conclusie
De Rinjani trek is een pittige trek met veel steile stukken. Met name de hellingen rond de krater zijn zeer pittig en niet te onderschatten. De schoonheid van de berg is overweldigend en we zijn trots op wat we bereikt hebben. Er ligt wel ontzettend veel rotszooi op de berg. Pogingen worden ondernomen om dit te verbeteren, aldus de rangers, maar veel hebben we er niet van gemerkt. Wij kregen in het begin een grote oranje zak mee voor ons afval maar op een paar gidsen na zagen we niemand hier mee lopen. Gevuld en al hebben we hem weer afgeleverd. Hopelijk zijn er meer die dit doen.
Toch met een tour? Wij adviseren:
Wil je toch met een georganiseerde tour dan adviseren wij Senaru Trekking <<http://senarutrekking.com>>. Hier kregen wij goede uitleg over de trek, meedenken mensen en ze willen niet alleen maar “verkopen”. Waar wij helemaal gelukkig van werden was de 5% eco korting die ze geven aan mensen als je een zak afval mee de berg afneemt. En geloof me, er liggen wel 10.000 mogelijk kortingszakken te wachten om opgeraapt te worden op de berg.
Selamat Tinggal!
Sander & Jolien.